De Sri Lankaanse keuken staat bekend om zijn rijke en aromatische kruiden, die een unieke smaak geven aan traditionele gerechten. Deze keuken is sterk aromatisch, aan de hete kant en minder zoet dan, bijvoorbeeld, de Indonesische of Thaise keuken. Hier zijn enkele veelvoorkomende kruiden die in de Sri Lankaanse keuken worden gebruikt:
Kerriebladeren (Karapincha) – Deze geurige bladeren zijn een essentieel ingrediënt in veel currygerechten en geven een subtiele, citrusachtige smaak.
Kaneel (Kurundu) – Sri Lanka staat bekend om zijn hoogwaardige kaneel. Het wordt zowel in hartige als zoete gerechten gebruikt en geeft een warme, lichtzoete smaak.
Kruidnagel (Karabu Nati) – Kruidnagel wordt vaak toegevoegd aan rijstgerechten en curry’s vanwege de intense, kruidige smaak.
Kardemom (Enasal) – Dit aromatische kruid wordt gebruikt in zowel hartige als zoete gerechten en geeft een frisse, licht peperige smaak.
Mosterdzaad (Abba) – Zwarte mosterdzaadjes worden vaak in olie verhit tot ze open springen, wat een nootachtige smaak aan gerechten toevoegt.
Fenegriek (Uluhal) – Deze zaden hebben een licht bittere smaak en worden vaak gebruikt in curry’s en linzengerechten.
Tamarinde (Siyambala) – Dit zure ingrediënt wordt veel gebruikt om gerechten een frisse, pittige smaak te geven.
Chilipoeder en gedroogde chili’s (Miris) – Rode chili’s, zowel vers als gedroogd, geven Sri Lankaanse gerechten hun kenmerkende pittigheid.
Klein voorproefje? Een heerlijk recept voor een typisch Sri Lankaanse maaltijd: lamprais
Lamprais
Zie ook: kruidenmengsels