Basturma (in het Turks: Pastirma) is een gepekeld en luchtgedroogd vleesgerecht dat zijn oorsprong vindt in de Armeense keuken. Het wordt vaak gemaakt van rundvlees, hoewel er ook varianten zijn met gevogelte of lamsvlees. Het vlees wordt ingewreven met een mengsel van specerijen zoals knoflook, fenegriek, paprika en komijn, en vervolgens gepekeld en gedroogd. Het resulterende product heeft een stevige textuur en een rijke, hartige smaak. Basturma wordt meestal in dunne plakjes geserveerd en kan op zichzelf worden gegeten, gebruikt worden als ingrediënt in salades, sandwiches of als bijgerecht. Het is een geliefde delicatesse in de Armeense, Turkse en Levantijnse keuken. Men zou het (in de verte) kunnen vergelijken met de Italiaanse bresaola.
Basturma en pastrami hebben met elkaar te maken: het zijn beide gekruide en geconserveerde vleesproducten die vergelijkbare kenmerken delen en historische verbindingen hebben.
Pastrami vindt zijn oorsprong in de Roemeense en Joodse keuken. Het wordt meestal gemaakt van rundvlees (meestal brisket), hoewel ook andere vleessoorten zoals kalkoen of varkensvlees kunnen worden gebruikt. Pastrami wordt gemaakt door het vlees te pekelen, daarna te kruiden met verschillende specerijen zoals zwarte peper, koriander, knoflook en mosterdzaad, en tot slot te roken of te stomen.
Pastrami vaak wordt beschouwd als een opvolger van basturma vanwege de historische migratie van Joodse gemeenschappen uit Oost-Europa naar het Midden-Oosten.
