De overlevering zegt dat de kers oorspronkelijk komen uit Kerasunta in Noordoost-Anatolië. Daarvandaan zouden de Romeinen ze hebben meegenomen, rond het jaar 70 v.Chr.

Er zijn, ook botanisch gezien, 2 soorten kersen:

zoete kers (Bot. Prunus avium)
zure kers (Bot. Prunus cerasus)

In België wordt de zoete kers gewoon ‘kers’ genoemd, en de zure kers ‘kriek’. De zoete kers wordt voornamelijk vers geconsumeerd en de zure kers wordt in onze regio meer voor de industriële verwerking gebruikt. In Oost-Europa wordt ook de zure kers veel gegeten, ingeweckt, in gebak enz.
Zoete kersen zijn er in talloze soorten: witte, gele, rode en zwarte (zie afbeelding). De allervroegste rassen rijpen in de “eerste kersenweek”, in Nederland is dat zo rond 1 juni.
Belangrijke soorten krieken zijn de morel en de amarel, waar de beroemde amarenakersen op siroop van worden gemaakt.

Zie ook: Amarena, Kriek, Braziliaanse of Surinaams kers

Franse term: Cerise
Duitse term: Kirsche
Engelse term: Cherry