De tuinboon (Vicia faba) is minstens 8000 jaar bij de mens bekend. In Nederland wordt de tuinboon traditioneel gekookt, al dan niet met bonenkruid, gegeten. In sommige gebieden wordt de boon rauw gegeten, zoals bijvoorbeeld in Italië: in veel Italiaanse families is het een festijn wanneer de grote mand met tuinbonen in de peul op tafel komt en iedereen zijn eigen bonen dopt en deze vervolgens verorbert met een stukje pecorino. Zie ook: fave e pecorino.
Er zijn twee soorten tuinbonen, grof gezegd: de ene worden bruinig bij het koken en zijn aan de bittere kant; de andere blijven wit-groen en zijn minder bitter.

Tuinbonen kunnen bij mensen met aanleg daarvoor een vreselijke allergische reactie opwekken: favisme. Vooral mannen rond de Middellandse Zee hebben hier last van. Deze mensen  maken een bepaald antistofje niet aan, waardoor tuinbonen voor hen zeer giftig zijn.  Bij het eten van tuinbonen treedt acute bloedarmoede op, regelmatig met dodelijke afloop. Sommige van deze mensen zijn zo gevoelig, dat ze niet in de buurt van bloeiende bonen kunnen komen. Niet voor niets is het in de Zuid-Europese landen verplicht in aanbouwgebieden, markten en winkels duidelijk aan te geven wanneer er tuinbonen aanwezig zijn.

Zie ook: bonen

Franse term: fève
Duitse term: Ackerbohne
Engelse term: broad bean, fava bean