Grillen noemt men ook wel roosteren. Ingrediënten worden op een rooster of grillplaat boven of onder een hittebron (elektrisch, gas of houtskool) gegaard en gebruind. Men gebruikt geen of nauwelijks extra vet. Afhankelijk van hetgeen men wil grillen wordt de hoogte van het rooster en/of de temperatuur en de tijdsduur bepaald. Grillen zonder rooster komt ook voor. Saté en andere vleessoorten die aan een pen of spies worden bereid worden ook wel aan twee kanten ondersteund boven de warmtebron zonder in aanraking te komen met een grill of rooster.
Roosteren kan in een lege koekenpan, in de oven, in een speciaal daarvoor ontwikkelde trommel (koffie bijvoorbeeld) of op de grill. Noten worden vaak geroosterd maar ook brood, zaden (amandelen bijvoorbeeld – zie afbeelding), vlees en vis, noem maar op.